Zoals ik al in voorgaande blogs heb gemeld, hebben we het niet zo getroffen in Puglia. Het viel ons in meerdere opzichten toch wat tegen en dat kan voor een groot deel te wijten zijn aan het weer. Teveel regen waardoor we de plannen hebben moeten wijzigen.

We begonnen zo goed, vanuit Matera reden met de zon in onze rug Puglia in en rond het middaguur stopten we bij een wijnhuis. Doel was natuurlijk een doosje van die heerlijke Primitivo wijn te scoren. Eerst proeven en dan kopen zo gaat dat. Niet teveel want we moeten nog verder achter het stuur.

Aansluitend gelijk maar even lunchen, maar dat is in dit gehucht een uitdaging. Uiteindelijk belanden in de plaatselijke pleisterplaats, een mix van cafetaria en stamkroeg. Koffie en een croissant gaan er wel in. We vervolgen onze weg naar de barokstad Lecce. Lecce ligt figuurlijk gesproken in het midden van de hak van de laars en we steken dus dwars door Puglia. Het is weer even wennen aan zo’n plat land. Italië is overal, op z’n minst knobbelig, maar in de hak is het echt plat. Er is veel wijnbouw, fruitteelt en natuurlijk olijfbomen. Maar het landschap maakt een trieste indruk vanwege de vele zieke olijfbomen. Ik meldde het al in een voorgaande post. Ter correctie op die melding, het is geen virus, maar een bacterie, de xylella fastidiosa-bacterie die er flink heerst want er liggen er heel wat gaarden heel troosteloos bij. Ik las ook dat de Europese Raad de Italianen officieel gewaarschuwd heeft over de slechte aanpak die er al jaren wordt gehanteerd en dat ze er maar niet in slagen die bacterie uit te roeien.
Op een aardige camperplaats, weer agriturismo, op fietsafstand van Lecce, belanden we tussen twee NL campers. Redelijke verse pensionado’s dus raken we aan de praat. Als, inmiddels redelijk ervaren, pensionado moet je juniors op weg helpen door ze nieuwe wijsheden bijbrengen. Als we elkaar ‘s avonds in het restaurant weer treffen besluiten om de tafels tegen elkaar te schuiven en zo ontstaat een gezellige avond met overigens uitstekend eten. We zijn kennelijk dankbare eters want we krijgen een secundo prima piatta aangeboden voordat we echt aan de secundo piatta gaan beginnen. Voor €25 pp zo’n heerlijke maaltijd heeft ook nog eens een heerlijke nasmaak.
Het fietstochtje naar Lecce is ondanks het donkere een beetje druilerig weer best aardig. De scheiding tussen land en weg is gedaan met keien die van het land geraapt zijn op het moment dat het voor wijn- of fruitboomgaard in gebruik wordt genomen. Ziet er landelijk en leuk uit. Veel verlaten oude in verval geraakte huizen wisselen af met in stijl gerestaureerde fraaie boerenwoningen.
Lecce kleurt op enige afstand ook donkergeel. De meeste huizen en gebouwen zijn weer opgetrokken uit tufsteen. Smalle straten en weer heel veel kerken met nog veel meer kunst. Wat zouden al die mensen hebben moeten schilderen of houwen of snijden als er geen geloof zou zijn geweest vraag ik me weer af als ik daar ronddool. Het is allemaal weer zou overdadig, zo over de top. Maar dat is barok zegt Gerda dan maar weer. Kunstgeschiedenis was niet mijn sterkste vak, maar ik leer elke vakantie bij. Rococo schijnt nog erger te zijn. Nou ja hier een impressie dan van barok.






Van onze buren hebben we vernomen dat Gallipoli en Otranto wel aardig zijn voor een bezoek. Dat is dus het doel voor morgen. Eerst Gallipoli bezoeken en dan door naar de andere kant via het uiterste puntje van de hak. Hopelijk trekken de buien door en klaart het weer een beetje op. Het lijkt wel of Puglia huilt (piange) omdat wij er zijn.