Klassiekers

Als je over klassiekers in Amerika praat, dan behoren de Grand Canyon en de Route 66 daar zeker toe. Beiden moet je gedaan hebben. De route 66 heeft wat mythische vormen aangenomen en dat wordt vooral door de lokale middenstand aangewakkerd en uitgebuit. Zelfs bij de pier van Santa Monica staat een bord met End of Route 66, uiteraard met alle souvenirs standjes die daar dan bij horen. Klein probleem is echter dat er tussen Santa Monica en Golden Shores, over een afstand van 300 mijl, geen stukje Route 66 te bekennen is. Maar ach wie treurt daar nu om. Het eerste stuk tot aan Kingman is redelijk authentiek en bevat ook een mooie en uitdagend slingerende weg door de Black Mountains. Daarna wordt het saaier en oubolliger mede omdat de dorpjes die er aan liggen het figuurlijk van de daken schreeuwen. Route 66 is veel meer commercie en nauwelijks nog authentiek.

 

 

Uiteindelijk leidt Route 66 ook langs Nelson en daar is voor ons een belangrijke afslag, de “18”. Die weg leidt over een afstand van 60 mijl naar een punt dat we moesten aandoen van broer Bert. Reden? Omdat je daar gemakkelijk een afdaling in de Grand Canyon kan gaan maken, zo vertelde hij ons. Eerst maar even een overnachting geregeld langs de Route 66 en de volgende morgen de rit aanvaardt. Een uurtje rijden werd verzacht met de gedachte van een mooie wandeling in een afdaling naar de bodem van de Canyon en vervolgens een overnachting beneden en daarna weer boven op de plaatselijk parkeerplaats. Hoewel de rit er naar toe heel weinig tegenliggers bood en nog veel minder medestanders, waren we verbaasd dat de er op een gegeven moment in de verte een grote hoeveelheid glimmend blik daagde. Een enorm aantal auto’s stond in een langlopend lint langs de weg geparkeerd omdat de plaatselijke parkeerplaats te klein was. Aan het eind van het lint de onze eraan toegevoegd om vervolgens eerst even op verkenning uit te gaan. Na een halve mijl vonden we inderdaad een overvolle parkeerplaats en verder konden we in onze verkenning ook een groot aantal zeer vermoeide mensen onderscheiden. Het was rond 11 uur en deze mensen waren voor de hitte uit de Canyon opgeklommen en waren hoorbaar triomfantelijk en zichtbaar uitgeput. Na een praatje met een van de helden werd ons duidelijk dat de kans op een afdeling en beklimming nagenoeg tot nul konden worden teruggebracht. Wij waren niet in het gelukkige bezit van een permit en de kans er een te verkrijgen was na een praatje met een van de mensen van de (Indiaanse) organisatie aldaar tot nul gereduceerd. Het was duidelijk dat er ook geen afzeggers waren. Dan maar als compensatie eerst opstijgen en daarna afdalen dacht ik. Helaas ook voor een helikoptervlucht had ik eigenlijk al in het begin van het jaar een boeking moeten doen. Een vrouw, die ik met haar drie metgezellen op de foto mocht zetten, vertelde ons dat zij als cadeau voor heer zestigste verjaardag een oversteek wilde maken van de South naar de North Rim van de Grand Canyon. Toen dat plannetje zo vlak na haar negenenvijftigste verjaardag niet bleek te lukken, moest ze terugvallen op een afdeling-overnachting-klim aan de west kant. Ook “great fun” getuigde ze met vermoeide blik.

Onze verkenning was geslaagd, maar de teleurstelling over onze kansen op een mooi avontuur vielen in een afgrond waar de Grand Canyon zelf jaloers op zou zijn. In de afgelopen vijftien jaar (klopt dat Bert, was jij daar in 2003?) is daar dus het nodige veranderd. De plek ligt in het Indianen reservaat van de Havasupaj en onderweg daar naar toe zagen we op enig afstand van de weg wel wat plaatsen waar zij kennelijk een soort van nederzetting hebben. Ik vroeg me af op welke wijze zij in het levensonderhoud kunnen voorzien. De huisvesting is weliswaar zeer armoedig, zelfs bouwvallig, maar er staan wel tal van 4×4 pick-up trucks geparkeerd. Na afloop van onze verkenning was het ons duidelijk geworden, ze halen hun inkomen blijkbaar ook uit het toerisme voor de Grand Canyon. Ik kan ze wat dat betreft geen ongelijk geven.

Uiteindelijk onze route maar vervolgd richting de, volgens Bert overvolle kermis van de South Rim. Ook hier is er denk ik zo de afgelopen 15 jaar het nodige veranderd. Een groot deel van de westelijke kant van de South Rim is afgesloten voor alle verkeer. Daar rijden pendelbussen waar je gratis op en uit kan stappen bij welke viewpunt je wil. Dat lijkt een beetje over de top georganiseerd, maar als je weet hoeveel toeristen daar op afkomen, dan is het een heel aanvaardbare oplossing. Wij hebben de camper ergens geparkeerd en er ’s avonds en de volgende dag ook flink gebruik van gemaakt.

Als je de Grand Canyon aan de South Rim voor het eerst onder ogen krijgt, weet je niet wat je ziet. Je kan nauwelijks een beeld krijgen van de enorme diepte waarin je kijkt en al helemaal niet van de grilligheid van het landschap. De kloof is te smal voor diepte die het heeft en de Colorado River is slechts op een paar punten goed waar te nemen. We hebben ons de volgende dag met de bus aan het eindpunt laten afzetten en zijn vervolgens al wandelend alle viewpoints afgelopen. Een heerlijk wandeling met uiteraard fantastische uitzichten. Het oostelijke deel van de South Rim kan je wel met de auto afleggen en dat hebben we dan ook gedaan. Het slotstuk voor ons was de “desert view” het meest oostelijke viewpoint van de South Rim. Daar krijg je een heel goede indruk van wat er in de afgelopen miljoenen jaren is gebeurd. Daar zie je een hoogvlakte (desert) die abrupt als het ware afbreekt in een kloof, de groene dader, in de vorm van de Colorado River, is daar heel goed zichtbaar. Morgen op advies van Bert ook nog even naar de North Rim.

2 gedachtes over “Klassiekers

  1. Pia Koene juni 2, 2018 / 10:45 am

    We hebben er geen woorden voor! Maar toch ! Eindeloos mooi!

  2. Peter Willems juni 3, 2018 / 7:49 pm

    Wat een mooie beelden!

Laat een reactie achter bij Peter WillemsReactie annuleren